In deze cursus wordt ingegaan op de vraag hoe met het stelsel van de Omgevingswet concreet werk gemaakt kan worden van het stedelijk waterbeheer en klimaatadaptatie. Onderwerpen als de bekende gemeentelijke watertaken, de verantwoordelijkheidstoedeling, de rol van de omgevingsvisie, het niet verplichte rioleringsprogramma en het bouwrijp maken van gronden bij nieuwbouw komen uitgebreid aan bod. Vertrekpunt hierbij zijn de regionale en op locatie te treffen technische maatregelen.
Extreme weersomstandigheden doen zich steeds vaker voor. We herinneren ons zowel de situaties van wateroverlast door extreme neerslag als de extreme droogte uit 2018 en 2019. Er is hier een grote maatschappelijke opgave die niet alleen op het bordje ligt van de gezamenlijke overheden. Weliswaar kan de overheid veel doen - zie bijvoorbeeld het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie - maar ook van burgers en bedrijven mogen maatregelen worden verwacht. In dit verband wijzen wij ook op de grote woonopgave in ons land: 75.000 nieuwe woningen per jaar die als het even kan waterrobuust gebouwd moeten worden.
Voor zowel bestuursorganen als particulieren is het van belang te weten hoe de verantwoordelijkheden en zorgplichten zijn verdeeld, ook onder de Omgevingswet.
Vragen die daarbij spelen zijn:
- Wat mag er bijvoorbeeld van de gemeente als riool- en wegbeheerder worden verwacht?
- Tot waar strekt de wettelijke zorgplicht van het waterschap?
- Welke verantwoordelijkheid heeft een perceel-/gebouweigenaar zelf?
- Wat leert het nieuwe stelsel ons hierover; welke wijzigingen zijn er doorgevoerd die we moeten kennen?
- Waarom is de watertoets juridisch steviger teruggekomen en wat betekent dit voor gemeenten en waterschappen?
Op deze dag leert u hoe u met het instrumentarium van de Omgevingswet werk kunt maken van het stedelijk waterbeheer in het algemeen en klimaatadaptatie in het bijzonder. Hierbij is oog voor met name het instrumentarium van provincies, gemeenten en waterschappen. De werelden van de ruimtelijke ordening (‘evenwichtige toedeling van functies’), waterbeheer en bouwen komen hier samen, wetende dat de Omgevingswet onderlinge samenwerking en afstemming verlangt bij het vormgeven van lokaal en regionaal beleid.
Door deze training te volgen raakt u thuis in het nieuwe stelsel van de Omgevingswet. U weet welke onderdelen van de Omgevingswet relevant zijn voor uw werk. Daarbij leert u welke beleidsmatige en juridische mogelijkheden er zijn concreet werk te maken van de bij jou levende ideeën om invulling te geven aan stedelijk waterbeheer en klimaatadaptatie. Zo wordt nadrukkelijk stilgestaan bij de juridische mogelijkheden van het omgevingsplan om particulieren en bedrijven te verplichten mee te werken aan gemeentelijke afkoppelinitiatieven en het creëren van waterberging op particulier terrein. Niet onbelangrijk is vooral ook dat burgers en bedrijven gemakkelijker betrokken kunnen en moeten worden om de grote maatschappelijke opgaven te realiseren. Participatie is een sleutelbegrip van de Omgevingswet.